19 januari 2015
Financial%20data.jpg

Bij het begin van een nieuw jaar hoort ook de update van de cijfers. We beperken ons tot fiscale maxima en plafonds van belang voor de wettelijke en aanvullende pensioenen en andere vervangingsinkomens. Door de bevriezing van fiscale aftrekmogelijkheden en sommige uitkeringen blijven sommige cijfers ongewijzigd t.a.v. 2014.

Voor de zogenaamde 3de pijler of het sparen op individuele basis, is voor het aanslagjaar 2016 (over de inkomsten 2015) een maximaal bedrag van 940 euro pensioensparen fiscaal in mindering te brengen. Voor het lange termijnsparen wordt dit bedrag beperkt tot 2.260 euro.

Daarnaast kunnen de zelfstandigen nog een premie Vrij Aanvullend Pensioen Zelfstandigen (VAPZ) storten ten bedrage van 8,17% van hun beroepsinkomen met een maximum van 3.027,09 euro.

Bij de bepaling van de maximale aanvullende pensioenen in de 2de pijler volgens de 80% regel is de schatting van het wettelijk pensioen voor zelfstandigen gelijk aan 25% van het inkomen met een maximum van 16.123,68 euro (loonplafond van 64.494,72 euro) en een minimum van 12.731,29 euro.

Voor loontrekkende personeelsleden bedraagt het loonplafond  52.972,54 euro. De schatting van het wettelijk pensioen voor een loontrekkende komt dan op 50% van het loon met een maximum van 26.486 euro en een minimum van 13.480,03 euro.


De ziekte- en invaliditeitsuitkeringen voor loontrekkende personeelsleden worden berekend op een loonplafond van 41.059,92 euro in 2015 en de wettelijk verplichte uitkeringen in het kader van een arbeidsongeval worden becijferd met een plafond van 40.927,18 euro. Deze plafonds worden in de meeste gevallen ook gebruikt om de verzekeringspremies hiervoor te berekenen.

Tot slot geven we nog de maximaal aftrekbare werkgeversbijdrage in het kader van een individuele pensioentoezegging voor loontrekkende personeelsleden : 2.330 euro.